Hit or miss

Na de nachtbus naar Hoi An stonden we niet meteen te popelen weer op zo een ding te kruipen. Maar de rit naar Hanoi duurt 22 uur, dus opnieuw de nachtbus nemen is onvermijdelijk. Onze gastvrouw zegt dat ze een super-de-luxe nachtbus kan boeken voor slechts 3 Dollar per persoon meer. Ik vertrouw haar niet zo. Ze had ons gisteren aan de bushalte staan opwachten met flyers van haar hotel. Omdat we niet wisten waar anders naar toe, en omdat ik Christophe dringend moest instoppen (hij heeft sowieso al een ochtendhumeur, dus na zo een nacht is hij helemaal niet te genieten), zijn we maar met haar meegegaan. De kamers zien er natuurlijk helemaal niet uit als op de foto's; geloof nooit, maar dan ook nooit de foto's. Onze kamer heeft in plaats van een raam, een gat in de muur met een gordijntje ervoor.

Ik denk dat Belgen daarom wereldwijd graaggeziene gasten zijn: wij zwijgen en ondergaan. We maken hooguit eens een opmerking. Alle Australiers en Amerikanen die deze ochtend mee met ons van de bus zijn gekomen staan al rel te schoppen omdat ze om 6 uur 's ochtends nog niet in hun kamer kunnen; dit terwijl check-in tijd normaal maar om 2 uur 's middags is. Wij zijn al blij dat we om 8 uur de sleutel van onze ondermaatse kamer krijgen en dat we niet hoeven te wachten tot 2 uur deze namiddag.

Omdat het uiteindelijk maar om 6 Dollar gaat en omdat we te lui zijn en ander kantoor op te zoeken, boeken we toch de bus via haar. Een oude gammele legerbus komt ons later die dag oppikken. We hadden het kunnen weten.

Gelukkigblijktdeze maar to Hue te rijden, waar we worden overgeladen in wat inderdaad een heel degelijke nachtbus lijkt. Al denk ik dat het vooral was omdat we deze keer welgoede plaatsen aangewezen kregen. De volgende ochtend in Hanoi komt een Duits meisje van achterin de bus gekropen, vloekend op alles wat beweegt. Ze hadin 1 van de onderste 3 bedden achterin gelegen en omdat de bus overboekt was, waren ze daar maar mensen blijven bijproppen. Ze had samen met 6 Vietnamezen op die 3 smalle bedjes gelegen. Het hoeven niet altijd dezelfde te zijn.

We hebbenheel verschillende meningengehoord over Hanoi. Iedereen die we ontmoet hebben enhier al geweest is, vond het ofwel geweldig, of kon niet snel genoeg terug weg zijn. Het is erop of eronder. Wewillen van hieruit ons visum voor China regelen, wat betekent dat we hier 7 dagen vastzitten.

Gelukkig vallen we meteen voor Hanoi. Het is een gekke stad. Er bestaat geen ander woord om dit te beschrijven. Het oude centrum is nog het gekst. Elke straat heeft een ander thema. Je kan in een straat wandelen waar niks anders dan kerstversiering verkocht wordt en de hoek omgaan en in een straat komenmet alleen maar keukengerei. Winkel naast winkel naast winkel die allemaal exact hetzelfde verkopen. Het is onmogelijk hier te verdwalen. Om van onze vaste eetplek terug naar onze hostel te geraken, moeten we eerst door de DVD straat, dan linksaf door de straat met naai benodigdheden (knopen, garen, linten, stoffen), het kruispunt over naar de straat met speelgoed en dan langs de schoenenwinkels door naar de straat waar ze grafzerken verkopen. Simpel.

Doordat de winkels zich in een soort van patio voor het huis bevinden, liggen de meeste waren gewoon op de stoep uitgestald. Ook in de straat met brommergarages en die met metalen rekken, wordt de stoep gebruikt als werkvloer of lasatelier. Daardoor ben je verplicht op de rijbaan te wandelen, wat niet altijd even veilig is. Er rijden hier meer auto's (waaronder dure Porches en Ferrari's) en brommers dan de smalle straatjes aankunnen. We vragen ons meermaals af hoeveel keer je op 1 dag bijna kan worden aangereden.

Het hele leven speelt zich hier trouwens af op straat. Wanneer de winkeltjes sluiten, wordt de stoep vrij gemaakt om dan opnieuwte worden ingenomen, deze keer door detalrijke eetkraampjes. Het kookvuur wordt op straat gerold en tafels en stoelen neer gezet (de kleinste tafeltjes en stoeltjes die je ooit hebt gezien).Al die tijd blijft het verkeer even druk en chaotisch, maar daar trekken ze zich niets van aan.

In Hanoi spreken we ook terug af met Graham, de Canadese jongen die we in Koh Samui hebben ontmoet. Hij is niet te spreken over Hanoi. We gaan een avond samen uit, maar dan beslist hij dat het welletjes is geweest en neemt hij de eerste nachttrein door naar Hoian. Hij nodigt ons wel nog uit hem te komen opzoeken in Calgary. Iets waar we nu al naar uitkijken.

HOSTEL: Hanoi backpacker's

Straight from the jacket

Hoi An is een havenstadje, centraal gelegenlangs de kust vanVietnam. De enige reden waarom we hier een stop van enkele dagen inlassen is omdat de busrit rechtstreeks van Nha Trang naar Ha Noi 30 uur zou hebben geduurd, en dat zagen we niet zitten. Een goede keuze zo blijkt, want ik denk dat ik anders zonder Christophe in Ha Noi was toegekomen (hijwordt echt te oud).

De oude stad langs de rivier is prachtig met z'n gele huisjes versierd met kleurijke lampionnetjes, maar het beste deel van Hoi An bevindt zich net buiten het centrum. In elke straat bevinden zich tientallen kleermakers die binnen 24 uur alles wat je maar wilt aaneen naaien: tassen, sportschoenen, laarsjes, rokken, broeken ofhele maatpakken; ze maken hier zelfs snowboardvesten op maat.

Wanneer Christophe even niet oplet (dank je vlees op een stokje), loop ik vlug 1 van de winkels binnen en bestel ik me een jasje.Het meisje in de winkelheeft de kleur stof die ik wil niet op voorraad, dus neemt ze me bij de arm doorheen kleine steegjes vol verborgen naaiateliers tot we het oranje vinden dat ik in gedachten had. Ik ben meteen verliefd!

Ik moet beschikbaar blijven om het jasje tussendoor te kunnen komen passen (voor het geval er aanpassingen moeten gebeuren), dus Christophe doetde uitstap naar My Son alleen. Veel heb ik vast niet gemist. Wanneer hij terug komt en ik vraag hem hoe het is geweest, haalt hij gewoon zijn schouders op.

I believe I can fly

Tijdens ons verblijf in Cambodja en Vietnam hebben we al verschillende keren luxe nachtbussen zien voorbij rijden waarin je een bed hebt in plaats van een stoel die je maar een beetje achteruit kan laten zakken. Om een of andere reden hebben we er altijd net naast gegrepen, maar in Nha Trang gaat onze wens eindelijk in vervulling. De reis naar Hoi An zal 12 uur duren en we kijken er naar uit om om deze te spenderen in een degelijke slaapbus.

Eerst moeten we nog afscheid nemen van Noelle, die het 14 dagen met ons heeft uitgehouden en zo dus officieel het record van Gareth breekt. Tschus halbi fufi, we zullen je missen!

Netvoor ons vertrekbegint het te stort regenen dus wanneer de bus arriveert haasten we ons om er als eerste op te zitten. Geen goede zet zo blijkt want we worden helemaal naar achteren geleid naar de bovenste 3 bedden vlak naast de WC. Ik heb zo een donkerbruin vermoeden dat dit niet de beste plek is. De meeste andere bedden staan afzonderlijk van elkaar en lijken iets breder te zijn. De bus is volzet dus in het derde bed waarvan ik dacht dat het het mijne was, komt ook nog iemand te liggen waardoor ik in het middelste 'bed' terecht kom, tussen Yirka en een Australier in. Alle anderen hebben een soort omhulsel waar ze hun benen in kwijt kunnen, behalve ik natuurlijk. Ik heb een opening waar mijn benen half over uit steken. In het begin is het allemaal nog wel grappig. We horen de kerel onder ons klagen: 'leuk, ik heb betaald voor een bed en ik krijg een matje op de grond.' Het is leuk te weten dat je toch niet de enige bent met een rotplek.

Wanneer de eerste (van vele) het toilet gebruikt, wordt het duidelijk dat deze toch niet optimaal werkt. De stank is niet te harden en al snel ligt iedereen in het achterste gedeelte te kokhalzen. We binden de deur toe met een touwtje en hangen een papier met 'out of order' op de deur. Blijkbaar hebben Vietnamezen een blaas ter grootte van een pindanoot want het zijn steeds dezelfde die blijven terugkomen. Ze weten de deur terug te openen, maar na gebruikterug sluiten is blijkbaar te moeilijk.

Ondertussen gaat het op mijn plekje van kwaad naar erger. Ik kan me amper bewegen en heb geen steunpunt voor mijn voeten, dus telkens de bus in een put rijdt, zak ik iets verderweg in de opening waaronder andere mensen liggen te slapen. Volgens mij bevinden we ons op een baan die nog niet hersteld is na de bombardementen door Amerika want ik moet constant terug naar boven schuiven om niet in de opening te belanden. Soms is het zo erg dat het lijkt alsof de bus temidden van de velden rijdt. In het midden van de nacht wordt ik een paar keer een halve meter de lucht in gekatapulteerd omdat de bus over een grote bult knalt. Ik kom met een smak neer en moet me vastgrijpen waar ik kan om geen verdieping lager te eindigen. Wanneer ik terug op mijn plek lig, begeeft de berg valiezen het, die achter ons bed liggen opgestapeld, waardoor ik wordt bedolven onder de tassen. Deze busrit komt net niet in de top 10 beste busritten ooit!

Wanneer we ingechecked zijn in ons hotel, val ik half gebroken in slaap. Ik denk dat ik echt te oud ben voor deze onzin. Ik wou dat we het vliegtuig hadden genomen.

White Russian

Nha Trang staat bekend als de badstad van Vietnam. We zijn dus een beetje teleurgesteld wanneer bij aankomst blijkt dat het slecht weer is. Het is nog wel warm, maar de zon gaat schuil achter een dik pak wolken. Nu ons druk programma van zonnebaden is afgelast, weten we niet goed wat doen. Buiten een hele rij hotels, restaurants en winkels is er hier niets te zien.

Je kan wel een 'Easy Rider' tour doen, een op Top Gear geinspireerde rondritper motor naar de achterliggende berglanden. Wie denkt dat het een origineel idee is dezelfde tocht door Vietnam te ondernemen als de heren Clarkson, May en Hammond hebben gedaan, heeft het mis. Op elke hoek van elke straat staan mannenmet motoren klaar om gewillige toeristen rond te leiden.

We hebben sinds ons vertrek vooral rondgereisd met anderejongens, dus ik vind het hoog tijdvooreen'girls only' dag. Noelle en ik zakken af naar de plaatselijke spa voor een dagje kuren. We boeken een spotgoedkoop arrangement via onze hostel. Eenmaal daar krijgen we te horen dat de baden publiek zijn en als we een privebad willen moeten we bijbetalen. Bij de modderbaden weten we met onze charmes de badjongen van dienst er nog van te overtuigen ons een apart bad te geven, maar bij de mineraalbaden wordt onze kuip genadeloos volgepropt met naar Vodka stinkende Russen. Het waterpeil stijgt meteen meerdere centimeters. Het is van de Amerikanen geweten dat ze vaakheel wat extra gewicht met zich meezeulen, maar de Russen zijn aan een goede inhaalbeweging bezig. Het velletje van de Russen in ons bad matched van kleur met hun knalrode speedo, wat ons verbaast aangezien de zon hier al dagen niet meer heeft geschenen. Misschien zorgt hun overmatig drankgebruik niet enkel voor bloeddoorlopen ogen en blozende kaken, maar ook voor een rode pens?

's Avonds houden we een afscheidsfeestje voor Noelle die als ode aan de Russen een nieuwe cocktail uitvindt: Vodka-ice tea. De oberverstaat haar echter niet goed waardoor ze een longdrink-glas Vodka met een theezakje erin geserveerd krijgt. Proost!

HOSTEL: Backpackers house

Them belly full, but we're hungry!

We gaanvan het ene uiterste naar het andere: waar je in Saigon zelfs op het voetpad overhoop gereden wordt door brommers, is het hier in Mui Neeen pak rustiger! Wanneer we s' avonds aankomen hebben Ralph en de meisjes al een kamer voor ons gereserveerd (vielen Dank).

Omdat het de laatste dagen zijn voor Sylvie terug naar Zwitserland gaat, zijn we overeengekomen om in (iets of wat) luxe af te sluiten. Het hotel staat vlak aan het strand en we hebbeneen eigen kamer (zonder kakkerlakken); er is zelfs elektriciteit!

Mui Ne is eerst en vooral een surfspot: kitesurfen, windsurfen en ja hoor zelfs golfsurfen ishier mogelijk. De volgende morgen sta ik te popelen om op zoek te gaan naar de golven. We huren een brommer om de kust af te rijden totdat we surfers vinden. Na een uur cruisen wordt het duidelijk dat er van golven geen sprake is. Blijkbaar loopt het golfsurfseizoen eind november af en hebben we het net gemist! Ik zal nog een paar maanden geduld moeten hebben. Op de 2e dag wakkert de wind aan en is het duidelijk wat iedereen hier komt doen: kitesurfen. Yirka raakt helemaal gehypnotizeerd door al die kites en wil het ook leren. Misschien in Zuid-Amerika, als we tijd hebben.

We gaan dan maar eens kijken naar het lotusmeer en de reusachtige witte duinen. Het is een uitzicht dat je in Vietnam niet zou verwachten. Ook de rode zandweg ernaartoe lijkt eerder op iets wat je in Australie zou vinden. In de duinen kun je met een quad rijden, of op een struisvogel (waarom is een raadsel), of zandboarden op een stuk plastic. Als je het aangenaam vindt om 3 dagen met zand in elke lichaamsopening rond te lopen is dat laatste zeker een aanrader!

Andere bezienswaardigheden in Mui Nezijn de rode duinen, die een stuk minder spektaculair zijn, en de 'fairy stream': een kloofmet rode en witte zandsteen waardoor een ondiep riviertje stroomt. Het is enorm verfrissend om blootsvoets door het water te kuieren terwijl je rondkijkt naar het bizarre landschap gevormd door moedertje natuur.Twee Vietnamese jongetjes tonen ons de weg. Na 5 minuten houden ze het voor bekeken om naar school te gaan, maar niet vooraleer we hen 100000 dong geven! Sorry knaapjes, maar mensen wijzen op een steen die in het water ligt maakt je nog geen tourgids en 5 minuten met iemand rondwandelen maakt ons nog geen ouders. We sturen de 2 driftkikkers weg met 20000 dong (na Cambodja zijn we een stuk harder geworden). Hopelijk beschadigen ze onze brommers niet!

De rest van de dagen vullen we zoals we dat in Sianouckville deden: met een boek op het strand liggen, pootje baden in de zee, mensen kijken en ETEN.Tot nog toe heeft de Vietnamese keuken me nog niet echt kunnen bekoren, maar in het gezelschap van Sylvie en Noelle kun je gewoon niet anders dan eten! Het duurt niet lang vooraleer we hun gewoonte overnemen om voor- en hoofdgerecht te nemen. Hun eetlust blijft me verbazen! Vooral Noelle en ik lijken op dat vlak enorm op elkaar. Yirka begint zich al een beetje zorgen te maken! Dat is echt niet nodig; onze relatie is puurprofessioneel. Tijdens het eten praten we vaak over onze favoriete gerechten van thuis. Ze zijn erg geinteresseerd in onze frituren en de all-you-can-eat restaurants. We nodigen hen uit om na onze reis Belgie te bezoeken en hen een gastronomische rondleiding te geven, waar ze maar al te graag op ingaan. Na de maaltijd beginnen ze meteen aan een dessert te denken. Tot overmaat van ramp vinden we een ijssalon, wat een nieuwe vaste stek wordt.

Daarna trek ik er met Ralph op uit om het nachtleven te verkennen, dat in Mui Ne jammer genoeg bijna onbestaande (of onvindbaar) is. De eerste avond keren we uit pure miserie al na 3 pinten terug. Onderweg naar het hotel vraagt iemand ons of hij ons een lift op zijn brommer kan aanbieden. Nee, dank je. Of misschien wat drugs? Nee, ik wil niet in de gevangenis belanden! Ah ik weet het, een 17-jarig meisje? Pardon? (een dag uit het leven van een brommertaxichauffeur)

De volgende avond loop ik tijdens een spelletje biljart (de meisjes zijn ijsjes gaan eten) een Canadees meisje (Randy) tegen het lijf (letterlijk). Wanneer ik haar vertel dat ik van Belgie ben springt ze van blijdschap in mijn armen. Omdat ze met haar vriend exact dezelfde route als ons doet maar dan omgekeerd, lijkt het me interessant om nog even verder te praten. Het wordt me al snel duidelijk dat persoonlijke ruimte voor haar een onbekendconcept is. Tijdens ons gesprek beland ik meermaals tussen haar rijkelijk voorziene boezem (een Canadese gewoonte misschien?) waar haar vriend op staat te kijken. Omdat ik weet dat Yirka haar 'ruimte' nodig heeft, zeg ik Randy dat als ze het goed met mij kan vinden, ze zekermet Yirka zal overeen komen. Van zodra Yirka binnenkomt, stormt Randy op haar af en springt rond haar nek. Ze weet totaal niet wat haar overkomt. Ik lach me een breuk wat me al snel een vernietigende Van-Poucke blik oplevert. Randy is het type dat een beetje te nadrukkelijk aanwezig is en het duurt niet lang vooraleer Yirka afhaakt omdat ze zich niet goed voelt worden. Even later stoot Randy me tegen de borst door te zeggen dat skien veel moeilijker is dan snowboarden en dat ik niet weet waarover ik praat. Ik vind het welletjes geweest en alsof afgesproken komt Yirka terug de bar in met koorts (het was nog waar ook dat ze zich niet goed voelde) en heb ik het perfecte excuus om met haar mee te gaan. Randy had ons nog om ons e-mail adres gevraagd; dat ben ik toch wel vergeten geven zeker.

Intussen hebben we ook afscheid genomen van Sylvie die terug naar huis is vertrokken. Omdat Noelle zich een beetje onwennig voelt zonder haar beste vriendin verder te reizen, besluiten we om haar de volgende dag te vergezellen naar Nha Trang.

HOSTEL: Hiep Hoa

Keeping up appearances

Na onze avonturen bij de grensovergang Cambodja - Thailand, is die van Cambodja naar Vietnam een aangename verrassing. Alles verloopt prima, zoals het hoort. Er staat een officieel gebouw waar je paspoort en bagage worden gescand en eenmaal deze formaliteiten achter de rug zijn, kan je meteen weer de bus op om je weg verder te zetten. Vijf minuten, binnen en buiten. We vinden Vietnam nu al leuk!

Jammer genoeg krijgt dit gevoel alweer een deuk wanneer we in Ho Chi Minh (Saigon)van de bus stappen. Twee kerels op een brommerproberen Noelle's tas te stelen. Christophe had al opgemerkt dat ze zich verdacht gedroegen, en dankzij de snelle reflexen van Noelle moeten de dieven het zonder buit stellen. We besluiten vlug iets te eten en dan meteen te gaan slapen. Sylvie, Noelle en Ralph nemen de volgende ochtend meteen de bus door naar Mui Ne, maar Christophe en ik willen eerst nog het oorlogsmuseum bezoeken.

Tijdens de oorlog van Vietnam tegen de Amerikanen werden journalisten en fotografen in het land toegelaten (in tegenstelling tot Cambodja, waar alle buitenlandse pers geweerd werd), wat er voorheeft gezorgd dat de oorlog heel gedetailleerd is gedocumenteerd. Het hele museum hangt vol met foto's en krantenartikels die een nogal eenzijdig verhaal vertellen.We beseffen wel dat we ons in Vietnam bevinden en dat het dus logisch is dat zij vooral hun versie tonen, maar dat ze de tentoonstellingsruimte 'Historical Thruths' genoemd hebben,vinden we ereen beetje over.

Het zijn ook vooral de brutaliteiten van het Zuiden, waar na het vertrekken van de Fransen, de Amerikanen een nieuwe regering hebben opgezet, tegen het Noorden, die een herenigd communistisch Vietnam willen vrij van elke buitenlandse controle, die worden weergegeven. Bijna elke foto in de eerste 2 zalen toont gelijkaardige beelden van Amerikaanse soldaten die breed glimlachend poseren voor een stapel brandende lijken of naast een oude vrouw die ze een pistool tegen hethoofd gedrukt houden. Dat niet alle Vietnamezen akkoord gingen met het communistisch beleid van het Noorden en dat de Vietcongdaarom regelmatig moordesquadrons op pad stuurde onder het motto 'beter 1 te veel dan te weinig', wordt nergens vermeld.

Waar de Cambodjanen met hun museum noginformatie wilden verschaffen in de hoop dathet nooit meer zou gebeuren, wijzen de Vietnamezen vooral met de vinger. Blijkbaar zijn gruwelijkheden van een oorlog makkelijker te vergeven wanneer ze niet werden veroorzaakt door mensen uit een ander land of van een ander ras.

In plaats van hun deel in de gruwel te erkennen, laten de Vietnamezen geen kans voorbij gaan om te benadrukken dat wat zij gedaan hebben niet zo ergverschilt van wat veel andere landen hebben gedaan in hun strijd om vrijheid en onafhankelijkheid. Er wordt constant verwezen naar de Amerikaanse burgeroorlog en er hangt zelfs een kopie van de 'Declaration of Independance'.

Ook al hebben de Vietcong zich niet bepaald als lieverdjes gedragen, wat de Amerikanen hier hebben uitgespookt is al helemaal niet meer te vatten. Wat begint als de strijd tegen het communisme, wordt uiteindelijk een ziekelijke machtstrijd die de Amerikanen kost wat kost willen winnen. Er hangen grafieken in het museum die tonen hoeveelsoldaten, tanks, helicoptersen wapens de Amerikanen naar Vietnam hebben gestuurd en hoeveel geld hen dit heeft gekost. Ongelofelijk gewoon. Wanneer de Amerikanen door hebben dat ze deze oorlog niet zullen winnen vanop het land (de jungle is te dicht begroeid en de Vietnamezen hebben een heel netwerk van paden en tunnels om zich constant te blijven verplaatsen), schakelen ze over op massale luchtaanvallen (die al eens hun doel missen). Als blijkt dat ook dit niets oplevert, gaan ze gewoon nog een stapje verder. Met de hulp van chemische wapens verwoesten zegrote gebiedenjungle, zodat de Vietcong zich hier niet meerkan verstoppen. De gassen zorgen er ookvoor datduizenden kinderen in Vietnam geboren worden met zware mentale en lichamelijke afwijkingen.

Maar de Vietnamezen zijn blijven vechten.Deels door hun vastberadenheid en mogelijkheid te overleven in de meest verschrikkelijke omstandigheden en deels door de wereldwijde protestacties van gewone mensen waardoor verschillende regeringen de Amerikanen onder druk zijn gaan zetten het land te verlaten, weten de Vietnamezen alsnog de oorlog te winnen. Al is het spreekwoord 'oorlog kent geen winnaars' hier zeker van toepassing.

De vechtersmentaliteit van de Vietnamezen is nog steeds merkbaar wanneer we in Ho Chi Minh over straat wandelen. Ze kijken hier naar niets of niemand. Je hoort wel eens zeggen dat het de Aziaten zullen zijn die de komende jaren over de wereld zullen heersen. De voorbije maanden hebben we vaak gedacht dat dit alles behalve het geval zal zijn, maar de Vietnamezen doen ons twijfelen. De rest van ZO-Azie heeft vooral een luie en gemakszuchtigeindruk gemaakt. Zij worden verleid door de 'glitter en glamour' van het Westerse leven, maarzijn niet bereid er voluit voor te gaan. Ze willen enkel de voordelen, maar staan niet stil bij de nadelen die ons bestaan met zich meebrengen. De Vietnamezen zijn anders. Zij zijn veel minder begaan met uiterlijke schijn.

Veel van debackpackers die we spreken in Vietnam reizen hierminder graagomdat ze hier minder vriendelijk zijn. Wij vinden van niet. Ze zijn hier niet vals vriendelijk. Als ze je niet willen helpen, zullen ze je gebaren weg te gaan, maar wanneer ze dat wel willen, gaan ze tot het uiterste. Wij verkiezen (een beetje) gemeen nog steeds boven nep.

HOSTEL: Kim Ngan guesthouse

FILM: Apocalypse now

BOEK: Dispatches - Michael Herr

BOEK: The girl in the picture - Phan Thi Kim Phuc

Relax! Take it easy

In onze hostel is net Happy Hour van start gegaan (2 Euro voor 2 cocktails; kunnen ze nog wat van leren in Australie waar Happy Hour een korting van 10 cent inhield) en de sfeer zit er meteen goed in. We worden nog vergezeld door 2 Nederlanders, Ralph en Annieke en noglater door een derde, Lonneke. Het lachen vergaat ons een beetje wanneer we 's nachts terug naar onze kamer gaan. Bij het inchecken hadden we enkel op de buitenkant gelet: turquoise bungalowtjes met een terras omgeven door palmbomen. Het bed blijkt gewoon een houten bak op de grond en de matras is net ietsgroter waardoor we een beetje samengeplooid komen te liggen. De bungalow van Sylvie en Noelle blijkt ook vergeven van de kakkerlakken. Die van ons is gelukkig ongediertevrij (sorry meisjes).

We blijven een paar dagen in Sihanouckville, maar verder dan het strand geraken we niet. Het is fijn nog eens een paar relaxe dagen te hebben. Al kan je Serendipity Beach amper relax noemen. Het loopt hier vol meisjes (jong en oud) die je de hele dag lastigvallen met vanalles en nog wat,gaande van inktvis op een stokje tot hele schoonheidsbehandelingen. Ze zijn medogenloze 'zakenvrouwen'. Ze komen langs je strandbed wijzend naar je handen en voeten enroepend 'Bah, that's disgusting. You need a mani- and pedicure' en dan beginnen ze gewoon met het lakken van je teennagels. Het enige wat ze hier mee bereiken is dat we de hele dag onze handen en voeten verbergen onder onze handdoek. Ze hebben ook een systeem met touwtjes om je benen te epileren en elke keer ze passeren, trekken ze vingersvlug een paar haartjes uit. Wanneer je dan wegtrekt en zegt dat je dit niet wilt, steken ze hun pink uit: 'When you change your mind, you call me. Promise? Pinky promise?' Meid, jij bent al de 10e vandaag die dit zinnetje afsteekt; als ik van gedachte verander, heeft de eerste die op dat moment passeert geluk.

Het is zo dat we in de problemen komen met 1 van de strandmeisjes. Ze ziet toevallig dat Sylvie een armbandje koopt van een ander meisje en slaat helemaal door. De rest van de dag staat ze op een meter van ons strandbed 'you promised, bitchy girls' en 'I will kill you' te sissen. Wanneer we haar erop wijzen dat dit geen taal is voor een 10-jarige begrijpt ze niet waarom we overstuur zijn; ze heeft niet eens het F-woord gebruikt!

HOSTEL: The big easy

Monkey see, monkey do

We hebben ervoor gekozen rond te reizen zonder de hulp van een reisgids. Gewoon goed rondom ons kijken en luisteren naar anderen, en zo komt bijna altijd alles wel in orde. We kiezen onze volgende stop vooral op basis van het busaanbod: is er een makkelijk te regelen bus die de meest logische richting uit rijdt, dan zitten wij er meestal wel op.

Veel van de reizigers die we hier ontmoeten, laten hun route volledig bepalen door de Lonely Planet (op onze vraag waarom ze juist hier beland zijn, antwoord 90% 'omdat het in de LP staat'). Hoewel boordevol nuttige informatie, toch begrijpen we de populariteit van deze reisgidsen niet. Het rondreizen is hier zo simpel; je hebt echt geen boek nodig om je te vertellen wat je moet doen. Misschien als je echt 'off the beaten track' (ik haat deze uitdrukking) gaat, is zo'n gids wel handig, maar zoals wij reizen neemt het alleen maar weg van de spontaniteit van het langdurig rondtrekken. Als je alles tot in het kleinste detail al hebt gelezen en je op voorhand al exact weet wat te verwachten, is de verrassing toch weg wanneer je ergens arriveert?De LP zorgt er ook voor dat iedereen, maar dan ook echt iedereen hetzelfde rondje maakt: iedereen logeert in dezelfde hostels, bezoekt dezelfde plaatsen en beleeft dezelfde dingen. Dit maakt reizen hier soms een beetje saai.

Het voordeel echter is dat LP transport richtprijzen vermeldt. Moesten we in Indonesie met de LP gereisd hebben, hadden we vast een hele hoop frustraties vermeden. Wanneer we in Sianouckville van de bus stappen, worden we meteen overspoeld door de gebruikelijke tuk-tuk chauffeurs. We horen 2 meisjes onderhandelen met 1 van hen. LP schrijft dat je niet meer dan $ 4 moet betalen voor een rit naar het centrum, dus ze houden voet bij stuk wanneer hun chauffeur er 10 vraagt. Wij waren ondertussen al akkoord gegaan met onze chauffeur dat hij ons zou voeren voor$ 8. We maken gebruik van de meisjes' voorkennis en proberen de onderhandelingen terug te openen. Onze chauffeur wil hier niet van horen en begint zelfs een beetje aggresief te worden. We klampen ons dan maar vast aan de meisjes, diede andere chauffeur ervan overtuigen ons ook mee te nemen voor $ 4.

Dit is hetbeginvan een paar leuke weken met deze 2 meiden, Sylvie en Noelle. Dit is dan weer positief aan dat iedereen dezelfde weg aflegt: wanneer je interessante ontmoet, hoef je niet zo snel afscheid te nemen van elkaar en kan je gewoon samen verder blijven reizen.