Hallo lieve mensjes allemaal!

We zitten te wachten op antwoord van een surfkamp dus we dachten dat het een goed idee zou zijn eens te reageren op jullie reacties.

Hoe hard we ook al hebben gevloekt op het bijhouden van deze blog, we zijn blij te lezen dat jullie ons zo actief volgen.

Wij kijken zelf ook elke keer weer uit naar jullie reacties. Het is zowat onze enige link met het thuisfront. Op dagen met heimwee, brengen deze berichtjes ons weer aan het lachen.

Ook al zijn de meeste dagen geweldig, fantastisch, onvergetelijk ..., we beseffen heel goed dat we thuis ook best mooie gebeurtenissen aan het missen zijn, dus bedankt dat jullie ons toch op de hoogte blijven houden (hetzij via mail, sms, of deze blog).

Heel veel dikke zoenen van Christophe en Yirka

Hi Gareth,

Especially for you in English: sorry to have seen the Springboks loose (and that to the Aussies)! We were in the crapiest hotel ever, but at least they had ESPN so we were able to see the match. It was the first time I got excited about a rugby match. It was really close and SA should have won. So we guess now it's: go the All Blacks. Maybe you can use the extra time to practice your snowboarding?

Pimp my ride

We logeren in een wijk met steegjes van maximum 1 meter breed. De huisjes zien er exotisch uit met kleurrijke gevels en terrasjes vol planten. Voor elk raam hangt een vogelkooi en staan beelden van Boeddha. Het is hier rustig en erg gezellig om rond te kuieren. Pas wanneer we de verkeerde afslag nemen en terug op de grote baan komen, worden we eraan herinnerd dat we in een drukkestad zitten. We hebben meteen een favoriet cafeetje waar ze voor een halve Euro verse vruchtensapjes serveren. Je kan hier ook cobra eten, maar Christophe durft niet. Raar, vind ik, voor iemand die probleemloos kangeroe, haai en kameel naar binnen heeft gewerkt.

Doordat de steegjes autoloos zijn, gebeurt alles hier vanop de fiets. Ze bouwen hunstalen ros hier om tot de gekste dingen: een ijscremekar compleet met 'fur Elise' deuntje, mobiele restaurants met kookfornuis en uitklapbare zijkanten die een tafel en stoelen vormen, en zelfs een draaimolen (op een houten plaat vooraan op de fiets staan plastieken paardjes gemonteerd, waarop peuters kunnen zitten. Wanneer een kerel dan begint te fietsen, gaat de plaat op en neer en beginnen lichtjes te flikkeren en muziek te spelen).

We zijn hier ook niet langer meer de enige Belgen. Na 2 maanden slechts 1 Belg te zijn tegengekomen (en die was dan nog franstalig), is het raar om overal rondom ons terug Nederlands te horen. Niet alleen de Belgen zijn talrijk aanwezig; het wemelt hier ookvan de Hollanders.

Het merendeel van de Nederlanders hier zijn Uber-backpackers (langdurig rondtrekkende Belgen zijn een zeldzaamheid): types die al maanden/jaren van huis zijn en nooit verder zijn geraakt dan Azie, gewoonomdat het hier zo goedkoop is.Ze gaan gekleed in linnen harembroeken, het liefst met streepjes en gecombineerd met jezussandalen (wie heeft ooit beslist dat linnen broeken ok zijn voor mannen?). Op restaurant eten delen ze 1 biertje en eten ze droge rijst. En dan zitten ze onder tafel nog hun Rupee's te tellen. De Lonely Planet is hun bijbel. Ze worden boos wanneer je hen toerist noemt; ze zijn reizigers. Ze veroordelen iedereen die een toeristische attractie bezoekt, maar wanneer ze ergens nog enkele Rupee's weten tevinden, zitten ze wel in hetzelfde busje dan ons en een tiental andere toeristen op weg naar 1 of andere tempel. Als je hen hier op wijst, antwoorden ze dat het ok is, want deze tempel staat in de Lonely Planet.

HOSTEL: 1001 Malam

It's all about the money

Een dag en een nacht duurt het voor we landen op Indonesische bodem. Een tussenstop gemaakt in Kuala Lumpur, onze eerste kennismaking met Azie. We weten niet goed wat ervan te denken. We beseffen dat we enkel de luchthaven hebben gezien en dat we dus niet te snel mogen oordelen, maar een goed gevoel krijgen we toch niet van de mensen hier. Ik wou dat we terug konden naar Nieuw Zeeland, waar alles er heel relax aan toe ging.

Indonesie lijkt al niet veel beter. Wanneer we landen vragen ze ons naar onze visa; de website van de Belgische ambassade vermeldt nochtans duidelijk dat mensen die minder dan 30 dagen als toerist verblijven, geen visum nodig hebben. We krijgen dit niet aan hen uitgelegd en willen we de luchthaven verlaten, moeten we 15 US dollar elk betalen. Wanneer we zeggen dat we enkel Rupees hebben, hanteren ze een wisselkoers die meer dan dubbel zo hoog ligt waardoor we uiteindelijk ongeveer 50 Euro neertellen voor ons visum. In ons paspoort krijgen we een sticker voor een werkvisum. Gangsters.

We hebben van onze hostel in Jakarta instructies meegekregen over wat we moeten doen bij het verlaten van de luchthaven en wat de maximumprijs is die de taxi's voor een rit mogen aanrekenen. Het moment dat we de aankomsthal verlaten, zwermen er meteen 20 mannen rondom ons die aan onze rugzakken beginnen te sleuren. Allemaal hebben ze wel iets in de aanbieding. We laten de Indonesische instructies lezen aan een taxichauffeur, die zegt dat hij weet waar onze hostel is en dat hij ons kan voeren voor de vermelde prijs. Eenmaal in de taxi voert hij ons naar een donkere hoek en verdrievoudigt hij z'n prijs. We voelen ons enorm dom, want dit is ons in Mexico City ook al eens overkomen. We kunnen niet anders dan de gevraagde prijs betalen. Nog geen uur geland en al 2 maal bedrogen.

Jakarta is een vieze, stinkende stad. Een massa aan auto's en scooters die met hun constant getoeter duidelijk maken dat je maar beter uit de weg kan gaan, als je niet overhoop gereden wilt worden ten minste. Alles ruikt hier naar stront, eieren of rottend fruit. De riolen lopen onder de voetpaden door en soms ontbreken er hele stukken beton, waardoor alle troep zichtbaar is. Er is geen zon te zien, maar toch is het broeierig heet. Het ziet er hier uit alsof je elk moment een ziekte kan oplopen. Ik plan al te overleven op boterhammen met Duo Penotti choco die we in de Carrefour hier vinden. Het brood is hier net als bij ons; heerlijk na al dat sompig brood van de voorbije maanden.

We willen hier niet blijven, maar omdat onze stop in Indonesie totaal niet gepland was, weten we dus niet waar naartoe. De mevrouw in onze hostel geeft ons tips en boekt voor ons de trein naar Yogyakarta. Ze helpt ons ook onze angst voor het eten hier te overwinnen, waardoor we die avond toch noedels eten in plaats van choco bookes.

Met de trein passeren we, na talloze sloppenwijken, kilometers lang niks anders dan rijstvelden. De velden zien er kaal en stoffig uit. Bij Indonesie denken we een welderig groen, maar we krijgen alleen maar verdord geel en bruin te zien. Het regenseizoen staat er aan te komen en je kan zien dat het land snakt naar water.

Yogya is opnieuw een grote stad, maar anders dan Jakarta. Het is hier eerder rommelig dan echt vuil. De hostel die we gereserveerd hadden, blijkt overboekt en ze verwijzen ons door naar een andere hostel die er een pak minder uitnodigend uitziet. Maar de lakens zijn proper en er is een Westerse WC, dus we nemen hier genoegen mee.

Wanneer we 's avonds iets zitten te eten in het restaurant tegenover onze oorspronkelijk geboekte hostel, zien we 2 backpackers met hetzelfde excuus naar een andere hostel doorverwezen worden. Blijkt dat je hier geen echte hostels hebt zoals in Australie of NZ, maar enkel hotels en gasthuizen die in het laagseizoen hun kamers te huur zetten op backpacker websites zoals Hostelworld, tegen een heel economisch prijsje. Tegelijkertijd staan deze kamers te huur op sites als Expedia tegen een veel hogere prijs (soms zelfs het 5-voudige). Wanneer ze dus hun kamers verhuurd krijgen aan de hogere prijs, krijgen deze mensen voorrang, ook al boekte de backpacker z'n kamer het eerst. Voor ons betekent dit dat we met een beetje geluk soms in sterrenhotels zullen slapen voor een zacht prijsje, maar de kans bestaat ook dat we eindigen in een krot, zoals vandaag. Al valt het al bij al nog mee: douchen vanop de WC (deksel naar beneden) heeft ook z'n charmes, niet?

Bijna iedereen die we de voorbije weken hebben gesproken, sprak over de vriendelijkheid van de mensen hier. We vragen ons af of ze echt zo naief geweest zijn te denken dat de mensen hier oprecht vriendelijk zijn. Wij voelen ons een wandelend euroteken en je vangt nu eenmaal meer vliegen met honing dan azijn. Of zijn wij gewoon heel wantrouwig en achterdochtig? We zijn er nog niet uit. De gebeurtenissen van de voorbije dagen spreken niet echt in hun voordeel. De mevrouw in Jakarta was de enige persoon tot nu toe die ons heeft verder geholpen zonder hiervoor iets in ruil te willen.

HOSTEL: Hunny hostel Jakarta

Shaken, not stirred

Via Lake Tekapo en Kaikoura terug naar Christchurch. Mooi, mooi, mooi; weeral. In Kaikoura wilden we graag de boot op, op zoek naar dolfijnen en walvissen (en misschien ook albatrossen), maar door het slechte weer varen ze niet uit.

Het is tijd om de El Cheapo terug in te leveren, en we schamen ons een beetje voor de staat waarin ze zich bevindt: omdat we onze snowboards gewoon op de zetels vervoerd hebben, is het interieur volledig beschadigd; ik ben het niet gewend een koffer te hebben, dus heb (maar) 1 keer tijdens het parkeren de gevel van een huis geraakt; we zijn over een paar grindwegen gereden en hebben vast de vering geraakt, waardoor we haar niet meer El Cheapo maar El Squeako noemen en we hebben een bloemkool een week laten liggen rotten op de achterbank waardoor de hele auto stinkt. Ik denk dat ze klaar is om op pensioen te gaan.

In Christchurch zelf wandelen we nog wat rond om de schade van de aardbeving van februari te bekijken. We hadden hier wel dingen over gezien op het nieuws, maar we hadden niet gedacht dat schade zo omvangrijk zou zijn. Het gehele centrum, ongeveer een vierkante km, staat afgezet met dranghekken en moet volledig worden afgebroken. De zone is verboden toegang en wordt 24 op 24 bewaakt door het leger. Rondom het centrum zijn de gevolgen ook nog duidelijk zichtbaar. Op de stoep voor de huizen of op hun gevels zijn groene of rode markeringen aangebracht, De huizen met rode markeringen zijn volledig verlaten. De straten zitten vol scheuren en overal ligt samengeveegd puin. Het verbaasd ons dat alles hier er uitziet alsof de aardbeving nog maar enkele weken geleden gebeurd is. Er zijn 700 miljoen aan schadeclaims ingediend en in het fonds zit zo'n 30 miljoen. De verzekeringsmaatschappijen krijgen de claims niet verwerkt en daarom blijft alles hier liggen en verloopt de heropbouw moeilijk.

De rest van onze tijd hier spenderen we aan een beetje was doen, de blog bijwerken (ja, we zijn de laatste weken lui en slordig geweest), en wat dingen regelen voor India. Blijkt ons visum niet in orde te zijn. Ik had wel een lijst ingevuld op de website van de Indische ambasade, maar blijkbaar is dit niet voldoende. We hadden in Brussel ook nog een soort zegel voor in ons paspoort moeten gaan halen, als ik het goed begrijp. Oeps foutje.

We kunnen dit zegel hier ook nog regelen, maar dan moeten we terug naar Auckland en dan missen we onze vlucht. Omdat we bij het toekomen in NZ verplicht waren geweest een retour ticket te boeken (zonder bewijs dat je het land ook terug gaat verlaten, mag je met een toeristenvisum NZ niet in), ligt onze datum dus vast.

Gelukkig kunnen we tot 48 uur voor vertrek ons ticket nog omboeken (dezelfde datum, andere bestemming). We zijn 52 uur voor vertrek wanneer we dit te weten komen; geen tijd te verliezen dus. We kunnen kiezen tussen Thailand en Indonesie. Omdat Thailand al op onze lijst staat, maar dan later op het jaar, kiezen we voor Indonesie.

Christophe vindt het niet zo erg dat we India zullen missen, maar Nepal had hij wel graag gedaan. Misschien dat we dit nog kunnen doen vanuit China? Ik heb een beetje gemengde gevoelens hierbij. Ik denk dat India een bestemming is die ons overdonderd zou hebben, vooral omdat we er zo weinig van verwachtten. Maar ja, Indonesie is ook zo slecht nog niet he...

HOSTEL: Old country house

MUZIEK: Bruno Mars - Count on me

Out and about [Oet and aboet]

Volgende stop op ons programma: Milford Sound, een deel van het Fiordland National Park, waar we willen gaan kajakken. Het weer ziet er verschrikkelijk uit met natte sneeuw en hagel. We beginnen dus te vrezen dat het kayaken wel eens in het water zou kunnen vallen. In onze hostel beweren ze echter dat het mooi weer wordt morgen en we boeken alsnog de trip. Sinds we uit Christchurch vertrokken zijn, hebben we eigenlijk elke dag al geluk gehad met het weer: mooi op de dagen dat we iets deden en iets minder op de dagen dat we voornamelijk in de auto moesten zitten. Ideaal dus. Wij zijn zoveel geluk normaal niet gewend, dus we vermoeden dat het aan Gareth ligt, die zo een beetje een Jerie en Rutger ding gaande heeft (die hebben ook altijd en overal geluk).

Die avond nog rugby gekeken met een Canadees koppel, die ons heel hard aan onszelf van 6 jaar geleden herinnerden. Christophe en Charles dus (zatte) beste maatjes en Catherine en ik 'not amused'.

Hoe hard ik ook naar het kajakken heb uitgekeken, toch heb ik schrik om met Christophe in 1 boot te zitten. De sterkste moet achterin vanwaar de boot wordt bestuurd. Daar zit je dan, in een plastieken drijvende banaan, zonder controle en met iemand zonder rijbewijs, aan het roer.

Het begint niet echt goed en we sukkelen constant achterop (Christophe moest natuurlijk niet opletten wanneer we uitleg kregen over het peddelen en het sturen). Om het nog erger te maken, laat Christophe de pedalen los waardoor onze boot stuurloos op de Tasmaanse Zee ronddobbert. Ik besluit maar wat foto's te nemen want had ik op dat moment commentaar gegeven, was Christophe uit de boot gesprongen. Uiteindelijk lukt het ons dat ding de juiste richting uit te krijgen. Om te bewijzen dat hij een echte man is (grrrr), begint Christophe als een bezetene te peddelen waardoor we nu voor iedereen uitvaren. Mis ik weer de uitleg van onze gids...

Na het kajakken gaan Christophe en ik nog wat wandelen in de omgeving (opnieuw prachtig) en dan naar de pub voor, jawel, rugby. Er hangt gelukkig een dartsbord, dus wordt het voor mij ook nog een leuke avond (ook al verlies ik elk spel, wat niet echt van mijn gewoonte is).

De volgende dag terug naar Queenstown, waar we Gareth moeten afzetten omdat hij vandaaruit verder vliegt. Onderweg nog gestopt voor een paar wandelingen. Niet te beschrijven hoe mooi het hier is.

We besluiten nog een dag in Queenstown te blijven. Deels omdat we het hier fantastisch vinden en deels omdat Gareth via via (het loont om tegen iedereen, maar dan ook echt iedereen te beginnen babbelen) aan gratis Jetboat tickets is geraakt. We hadden ook nog geen Fergburger gegeten tijdens ons eerste bezoek aan de stad; een onvergefelijke fout volgens sommigen. Fergburger is een soort van plaatselijke fancy McDonalds (al zeggen ze zelf dat moest elke McDo een Fergburger zijn, de wereld een mooiere plaats zou zijn). Je kan hier een burger krijgen met een doorsnede van 20 cm, 2 lappen vlees, 2 keer spek en 2 eieren. Christophe eet deze op, plus de helft van mijn burger, plus een zak frieten. Op een kalme dag gaan hier 1000 burgers over de toog; op een drukke makkelijk het dubbele.

Het Jetboaten valt wel mee; het is minder ruig dan we hadden verwacht. Erna is het tijd voor afscheid. De voorbije dagen zijn GEWELDIG geweest (echt lekker) en het is dan ook met spijt in het hart dat we vertrekken.

PS: It was a pony and not a mini horse

HOSTEL: Milford Sound lodge

MUZIEK:Rolling in the deep - Adele

Christophe is te lui een leuke titel te verzinnen

Vertrokken richting het Zuidelijke merendistrict. Superlatieven te kort om de omgeving hier te omschrijven. Als je wil kan je hier elke kilometer stoppen om een foto te nemen. Al kan je op foto de schoonheid hier niet echt vastleggen.

We verdelen onze tijd de volgende dagen tussen Queenstown en Wanaka. Queenstown doet heel Europees aan en wemelt van de backpackers die hier zijn voor het nachtleven en om de 'thrills' op te zoeken. Iedereen hier heeft het over skydiven of bungee jumpen, maar als je vraagt of iemand het al gedaan heeft, antwoorden ze allemaal neen.

Omdat veel backpackers hier blijven plakken, zitten de meeste hostels vol en moeten we 3 keer verhuizen. Ze doen gewoon de moeite niet verder te reizen omdat het hier zo goed is voor mensen op een budget. We betalen in een cafe 10 Dollar (6 Euro) voor 2 whiskey's en een vodka orange; niet slecht voor een land waar we dit gemiddeld per pint betaald hebben.

Het publiek is hier wel een pak jonger dan ons. In onze tweede hostel hier is er een documentaire over NoFx op TV. Wanneer we vragen of iemand bezwaar heeft dat we hier naar kijken, antwoord een hooguit 18-jarige kerel: 'NoFx, heb ik al van gehoord. Zijn die niet kei-oud?', waarna een andere kerel een half uur een uiteenzetting doet over waarom Take That beter af is zonder Robby.

De volgende ochtend vraagt de eigenaar ons of we weten wie er heeft overgegeven in de keuken. Ons vermoeden gaat uit naar die Take That kerel. Het verhaal doet me denken aan ons eigen mysterie in de keuken toen in Flaine, waarvan ik nog steeds Randy verdenk (of Jerie).

We gaan hier enkele avonden uit. Karaoke blijkt hier enorm populair en we moeten lijdzaam toezien hoe dronken tieners zich compleet belachelijk maken op de tonen van Queen en Brian Adams (yep, Summer of 69). Spijtig genoeg zijn we niet in Queenstown wanneer het dwerggooien wordt georganiseerd: een wedstrijd waarbij diegene die een (echte) dwerg het verste gooit, wint.

Wanaka is veel modainer. een gezellig klein stadje aan de rand van een prachtig meer. Hier doen we het een pak rustiger aan. 's Avonds eens naar de cinema, die anders dan bij ons, bestaat uit 1 zaal waarin ze een hoop sofa's hebben gezet, en een groot scherm. De gastvrouw bakt zelf de koekjes voor tijdens de pauze. We krijgen 'Return of the planet of the apes' te zien: superslecht, maar gelukkig hebben ze afleiding voorzien. Er staat een pot met een citroen in water waarop je moet proberen een muntstuk te balanceren. Helemaal niet simpel en we ontwikkelen absurde theorieen om te achtehalen wat de beste manier zou zijn. Het lukt Gareth uiteindelijk toch en hij wint een gratis koekje (terwijl er in de pot al een pak meer lag dan het koekje kostte).

Maar we zijn hier natuurlijk vooral om te snowboarden. Christophe en Gareth hebben een deal: Christophe leert Gareth snowboarden en hij leert Christophe hoe rugby ineen zit. Deze deal betekent voor mij dus dat we vanaf nu geen enkele wedstrijd meer missen, en vooral veel geleuter tussendoor over het spel. Saai! Er zitten niet eens knappe spelers tussen.

De eerste pistes die we doen zijn vergelijkbaar met die van het Noordereiland. Leuk voor 1 dag, maar ze gaan snel vervelen. En dan komen we in Treble Cone. De weg ernaartoe is al een belevenis op zich en voor de eerste keer in NZ zijn ook de pistes geen tegenvaller. Ik heb de beste boarddag van mijn carriere en ook Gareth maakt aan het einde van de dag zijn bochtjes in beide richtingen. Christophe is dan ook een goede leraar (moest ik schrijven onder lichte dwang).

HOSTEL: Wanaka Backpaka

Somewhere in the between

De dag begint met een dipje vandaag. We weten het even niet meer. De bus die we wilden nemen is volzet en we willen hier niet nog een nacht blijven. Dan maar de bus op naar Christchurch, om daar opnieuw een auto te huren. We missen de vrijheid die een auto biedt en als we de goedkoopste optie nemen (de el cheapo: een ouder model en iets meer kilometers, maar het zouden nog degelijke auto's moeten zijn), verschilt het in kost niet veel van de bus.

We zeten de rest van onze 'down' dag voort op het minibusje dat ons naar Christchurch voert. Het busje deed vroeger dienst als tourbus in China, maar werd daar bedankt voor zijn diensten en verscheept naar Nieuw Zeeland (klinkt toch niet echt logisch). De buschauffeur vindt het zelf ook niet echt grappig en vloekt constant door de microfoon. Het busje is echt gemaakt voor kleine mensjes. Christophe moet schuin zitten om zijn benen tussen de stoelen te krijgen. Hebben die 2 voor ons de arrogantie hunzetels naar achter te klikken ook, waardoor we helemaal gesandwiched komen te zitten. Onderweg even gestopt om een zeehondenkolonie te bekijken. Donder ik nog van de trap langs de rotsen.

Toch zakt ons humeur niet helemaal onder nul, dankzij het landschap dat we hier passeren. De heuvels zijn wel 10 verschillende tinten groen en worden geflankeerd door zwarte bergen met besneeuwde toppen. Aan de andere kant van de heuvels leiden kliffen, rotsen en zwarte stranden naar een felblauwe zee. De zon schijnt fel en weerkaatst op de heuvels en het water. Dit is het mooiste zicht dat we gehad hebben sinds onze aankomst in Nieuw Zeeland. WAUW is het enige gepaste woord.

Aangekomen in Christchurch blijkt ons busje ons helemaal aan de andere kant van de stad af te zetten. Op ons kaartje ziet de afstandtot aanonze hostel er doenbaar uit dus we besluiten te wandelen met onze rugzak op de rug. Het stomme kaartje is duidelijk niet op schaal en de weg blijft duren. Het gewicht van mijn rugzak is sinds ons vertrek gereduceerd met 5 kilo, wat raar is want ik ben enkel een paar sokken en onderbroeken verloren, wat op zich ook weer raar is. Christophe heeft het zwaar met z'n rugzak van 18 kilo.

Wanneer we toekomen aan onze hostel is het al donker en willen we het liefst van al gewoon naar bed. Tijdens het inchecken slaag ik erin mijn bankkaart te laten vallen tussen de muur en de houten plint tegen de muur. De spleet is slechts enkele mm breed. Al probeer ik 100 keer opnieuw, dit lukt me niet nog eens.

Aangezien Christope's bankkaart het hier niet doet (hebben we op een zaterdagvoormiddag ook een uur voor aangeschoven om dit in orde te maken en blijkt ze nog steeds niet te werken; kbc is de slechtste bank ooit), kanhet wel eens problematisch worden, moesten we mijn kaart niet vantussen die spleet krijgen. Na ongeveer een uur proberen is de wanhoop nabij. Komt er een Zuid-Afrikaan binnen die voorstelt iets te gaan drinken om onze zinnen even te verzetten.

We nemen een taxi tot aan de 'Fan-zone'. Omdat er normaal rugby wedstrijden gespeeld zouden worden in Christchurch, maar dit nu niet meer kan doorgaan omwille van de aardbeving in februari, heeft men een een soort van mini openlucht stadium gemaakt met tribunes en grote schermen. Australie speelt tegen Ierland en aangezien bijna elke kiwi hier de aussies haat, supportert 90% van de aanwezigen hier voor de Ieren, die heel verrassend nog winnen ook.

Laat ik het rugby even uitleggen zoals die Fransoos in auckland het mij heeft uitgelegd: van de 20 deelnemende teams, maken er 5 maar echt kans de wereldbeker te winnen (NZ, Australie, Frankrijk, Engeland en Zuid Afrika - go the springboks). Al de rest loopt er maar bij voor spek en bonen. Misschien moet Belgie ook maar eens een rugby team oprichten; zo nemen we ook nog eens deel aan een wereldkampioenschap. Gewoon doen wat de andere teams lijken gedaan te hebben: 15 gespierde, volgespoten kerels zonder nek van straat plukken en voila, we hebben een team. De voorrondes zijn voorspelbaar en eigenlijk totaal overbodig (dit is mijn mening maar). Dat Ierland weet te winnen is dus onverwacht en verandert het volledige verdere verloop van het toernooi.

De volgende dag met goede moed terug opgestaan en als een ware MacGyver

Wink
weet Christophe met 3 latjes de kaart vantussen de plint te halen.

Omdat we het ongeveer hetzelfde parcouraf gaanleggen, besluiten we samen met de Zuid Afrikaan, Gareth, verder te reizen, wat leuk is voor mij omdat ik dan toch niet de hele weg alleen achter het stuur hoef te zitten.

HOSTEL: The old country house

MUZIEK: What's left of the flag - Flogging Molly

Blowing in the wind

Verder gereisd tot in Blenheim, onze uitvalbasis om de Marlborough wijngaarden te bezoeken. We hadden hetfantastische idee dit per fiets te doen. In onze hostel zegt onze gastvrouw dat we moedig zijn, wat ons verbaast omdat er geen wolkje aan de lucht is en er is minder wind dan de voorbije dagen. Echter te midden van de velden en wijngaarden, merken we wat ze bedoelde. Het wordt een gevecht tegen de wind die ons genadeloos neerhaalt. Nog nooit zo lang over een paar kilometers gedaan. Christophe is klaar om daar achter te laten. Het enige wat me verderdrijft is de gedachte dat we straks op de terugweg meewind zullen hebben.

Onderweg gestopt bij enkele wijngaarden om te proeven. We krijgen overal hetzelfde bekakte praatje: pallet dit, bouquet dat, blablabla... We proeven de hele dag maar enkele goede wijnen en die zijn dan nog wit ook (onze aanraders: Cloudy Bay Pinot Gris 2008 en Nautilus Chardonnay 2010 Vintage); hun rode wijnen zijn echt slecht.

Tijd om terug te gaan en Christophe kiest een andere weg terug. In plaats van meewind dus een sterke zijwind die me constant de gracht in blaast. Dank je wel schat!

HOSTEL: The Grapevine